Het Verhalenmuseum - de Vertelvogel
Verhalenverteller Reinou Vogel (de Vertelvogel) start de eerste twee lessen met het vertellen van een kort verhaal. Kinderen nemen van thuis een voorwerp mee (mooi/lelijk, hedendaags/geschiedenis, saai/interessant, grappig) of kiezen een portret uit het aanbod van de verteller.
Aan de hand van dit voorwerp of portret verzinnen en tekenen de kinderen met hulp van de verteller hun eigen verhaal. Ze oefenen in het vertellen van hun verhaal.
De laatste 30 minuten van de afsluitende les is er een presentatie:
De kinderen maken vooraf in het lokaal een museumopstelling met de voorwerpen, portretten en hun eigen beeldverhalen. We kleden de tafels, klas hiervoor enigszins aan.
De bezoekers lopen rond en luisteren naar de verhalen van de kinderen. Bezoekers kunnen ouders zijn of kinderen van een andere groep.
Tijdens deze drie lessen leren de kinderen over:
-De opbouw van een verhaal.
-Het bedenken van een verhaal.
-De tools van de verteller.
-Het gebruiken van hun verbeeldingskracht.
-Het presenteren van een verhaal (mimiek, beweging, stemgebruik enz.)
De verteller leidt en begeleidt het proces, de leerkracht ondersteunt tijdens de lessen.